aantekening #8222 [Not Dark Yet]

Nadat ‘mevrouw Tom’ naar haar werk is vertrokken en ik via What’s App aan de kinderen heb gevraagd hoeveel van de superheldenfilms ze hebben gezien die in Rolling Stone’s top 25 staan, lees ik het hoofdstuk over ‘Not Dark Yet’ in Jochen Markhorsts nieuwste boek. Een schitterend hoofdstuk over een schitterende song. Aan het eind van het hoofdstuk begrijp ik weer iets meer van mezelf, van de reden waarom ik stil val wanneer ‘Not Dark Yet’ draait. Als een schrijver dat voor elkaar krijgt, is het in mijn ogen een goede schrijver.

Net als Rolling Stone houdt Markhorst van een rangschikking. Aan het eind van zijn stuk over misschien wel de beste song van Time Out Of Mind geeft hij dan ook een top 3 van beste versies van ‘Not Dark Yet’ door andere artiesten. Ik ontsla mezelf van de verplichting om naar die gehele top 3 te luisteren – ik ben geen liefhebber van covers – maar om de nummer 1 kan ik niet. Dat is Severa Gjurin. Ik luister en haak af, of liever: de gedachten dwalen af naar het jaar 2000.

Het is de dag waarop mijn moeder haar 54ste verjaardag viert, 27 september. Ik ben even bij haar geweest voor cadeautje en felicitatie, maar daarna vertrokken naar de stad waar zij werd geboren: Rotterdam. Daar treedt Bob Dylan op, het is mijn tweede Dylan-concert.

Het concert kent vele hoogtepunten, zoals ‘It’s Alright, Ma (I’m Only Bleeding)’, ‘Fourth Time Around’ en ‘Trying To Get To Heaven’, maar de meeste indruk maakt de tiende song op de setlist: ‘Not Dark Yet’. Als ik mijn ogen dichtdoe, ben ik terug in dat moment. 

Vier, vijf seconden nadat Dylan het nummer inzet, verdwijnen de mensen om mij heen. Ook het gebouw verdwijnt. De Ahoy’ is niet meer. De stoel waarop ik zit, voel ik niet. Zelfs de muzikanten rond Dylan – hoewel overduidelijk aanwezig in wat ik hoor – zijn er niet meer. Er is alleen nog die man op het podium en de lijn tussen hem en mij. Via die lijn landt de muziek rechtstreeks in mijn donder. Iedere noot, ieder woord, niets gaat verloren. Er verstrijkt tijd, al ben ik me daar niet meer van bewust. Er is alleen een uitgerekt moment waarin ‘Not Dark Yet’ zo hard binnenkomt, dat ik – de persoon, het echo, het bewustzijn – is verdwenen. Er is van mij niks anders over dan de emotie die ‘Not Dark Yet’ is.

Er zijn brokken herinnering van dat moment. Van het tweede deel van de song zijn er echter vele brokken herinnering verdwenen. Of nog waarschijnlijker: nooit aangemaakt simpelweg omdat ik zo in de song opging, dat ik geen herinnering kon aanmaken. Ik had er geen ruimte in mijn kop voor om dat ook nog te doen.

Wat ik me wel herinner is het einde van de song. Het applaus en daarmee de terugkeer van de realiteitszijn. De terugkeer van Ahoy’, van de duizenden mensen om mij heen. Van de stoel onder mijn billen. Van ‘mevrouw Tom’ op de stoel naast mij en de uitwisseling van een glimlach omdat woorden dat moment nooit kunnen vangen.

Ergens op zolder moet het aantekenboek liggen waarin ik na thuiskomst uit Rotterdam wat indrukken van het concert noteerde. Geen idee wat daar in staat. Het is maar de vraag of het wat kan toevoegen aan de herinneringen die 22 jaar in mijn kop hebben kunnen rijpen.

Ik weet uit ervaring dat het nu luisteren naar ‘Not Dark Yet’, 27 september 2000, mooi is, aangenaam is, misschien zelfs emotioneel is, maar nooit hetzelfde meer kan zijn als toen, in die concertzaal op die avond op dat moment. Er is alleen nog de herinnering, of een gebrek daaraan. 

Er is de wetenschap dat zo’n moment de reden is en blijft om concertkaarten te kopen, albums te beluisteren, concertopnamen te zoeken, boeken te lezen en door te gaan met absorberen. Als een spons.

Full disclosure: van de 25 films in de Rolling Stone-lijst heeft dochterlief er 21 gezien, ik 23. Zoonlief heeft nog niet gereageerd op mijn vraag. ‘Mevrouw Tom’ stelde een wedervraag: ‘Tellen de films die voor de helft zijn gezien ook mee?’ Het antwoord is uiteraard ‘nee’.


1 opmerking:

Anoniem zei

Mooi!
hartelijke groet hans altena