Dylan kort #3775

Net verschenen: fanzines Isis issue 223 en The Bridge issue 76. 

Mixing Up The Medicine: eind oktober verschijnt, zoals eerder gemeld, het ruim 600 pagina's tellende boek Mixing Up The Medicine. Nieuw is dat rond diezelfde tijd ook een verzamelalbum met deze titel verschijnt op cd en elpee. De tracklist is weinig verrassend en bevat - zeker gezien wat er op een cd past - wel erg weinig songs. De Dylanliefhebber zal niks nieuws vinden op Mixing Up The Medicine, zo lijkt het. Een wat vreemde keuze aangezien dit album een titel, releasemaand en coverfoto deelt met het boek waar - schat ik zo in - iedere Dylanliefhebber reikhalzend naar uitkijkt. De tracklist van Mixing Up The Medicine:

1. The Times They Are A-Changin'

2. Blowin' In The Wind

3. Like A Rolling Stone

4. Subterranean Homesick Blues

5. All Along The Watchtower

6. Lay Lady Lay

7. Forever Young (Slow Version)

8. Tangled Up In Blue

9. Hurricane

10. Knockin' On Heaven's Door

11. Make You Feel My Love

12. Things Have Changed

~ * ~ * ~


[Kringloopwinkel Amersfoort]

Dylan kort #3774

Uncut 317 met de cd met daarop het mede door Dylan geschreven 'Don't Make Her Cry' van Buddy & Julie Miller is inmiddels ook in Nederland te verkrijgen. (zie hier) Het album In The Throes van Buddy & Julie Miller waar 'Don't Make Her Cry' opataat, verschijnt op 22 september.

28 september verschijnt het lang verwachte tweede deel van Clinton Heylins Dylan-biografie. Het boek is inmiddels bij de meeste boekwinkels al te bestellen.

Het is vandaag 28 augustus:

28 augustus 1963: Tijdens de befaamde Mars op Washington speelt Bob Dylan enkele songs. Een fragment van Dylans optreden is te horen op de Folkways elpee We Shall Overcome!

28 augustus 1964: In het Delmonico hotel in New York laat Bob Dylan The Beatles kennis maken met marijuana.

28 augustus 1965: eerste optreden met band na het Newport Folk Festival in Forest Hill Tennis Stadium, New York City met - na de pauze - Robbie Robertson (gitaar), Al Kooper (toetsen), Harvey Brooks (bas) en Levon Helm (drums).

Dylan kort #3773

Nieuwe concertdata: in het najaar trekken Bob Dylan en band door Amerika voor concerten. De eerste concertdata - 17 concerten in oktober - staan inmiddels op Dylans website, zie hier. Meer data volgen later.

San Francisco Sounds is een nieuwe documentaire over de muziek uit San Francisco uit de periode 1966 - 1976. In de trailer is Bob Dylan kort te zien, zie hier.

Bob Dylan in de studio (video): 'The Man In Me', zie hier. [met dank aan Rob]

'(...) de kamer waarin werkelijk alles, elke kleur, elk meubelstuk, elke foto aan de muur, van Bette Davis, van Bob Dylan, hun favoriete strandje op het Isle of Man, de oude vuurtoren in Dungeness waar ze ooit hadden geëxperimenteerd met een andere vakantiebestemming (...)' Sebastian Barry - De verre voortijd [met dank aan Alja]

Cinderella, she seems so easy
“It takes one to know one,” she smiles
And puts her hands in her back pockets
Bette Davis style

- Bob Dylan - 'Desolation Row'

Dick Waterman in de liner notes van Father Of Folk Blues (1965) van Son House: 'And thank you to George and Paul and John and Ringo, and Mick and Brian, and The Supremes, and The Righteous Brothers, and Bobby - especially Bobby - because they're bringing it all back home and that's where it belongs.'


Jan M. Verburg in Deventer

Tot en met 17 september 2023 is in De Bergkerk in Deventer werk te zien van Jan M. Verburg. Afgelopen week heeft Hans de tentoonstelling bezocht en maakte onderstaande foto's, waarvoor dank.





Meer informatie over de tentoonstelling is hier te vinden.

Eerder schreef ik over een tentoonstelling van Verburg in de kerk in Lochem, zie hier.

reactie op aantekening # 8625 door Rein

 Ha Tom,

Al weer een tijd geleden dat we contact hadden. Ten eerste, ik vind je blog nog altijd geweldig en ik lees je nieuwe stukjes altijd met veel plezier. Ik schrijf dit naar aanleiding van je opinie betreffende de NET als uitgave van de Bootleg Series. Voor mij, als ik kon kiezen, zou ik eerst een Street Legal uitgave willen zien — alternate/outtakes, Rundown rehearsals, en live versies van de 1978 toer. Maar daarna toch wel de NET. Plus, er is verder niet zo meer over. En ik zou geen probleem hebben met NET # 1, NET # 2, etc.

Ik heb nu al meer dan 50 concerten van die toer gezien, allemaal in de VS, en hoewel die shows van wisselende kwaliteit waren, ben ik voortdurend onder de indruk van de evolutie van zang, songs en band door de jaren heen. Vooral beginnend met 1994 (misschien niet toevallig ook het jaar dat Bob stopte met drinken), is de kwaliteit heel hoog gebleven. Denk maar, Supper Club en “beyond.” Vanaf die tijd heb ik voor mezelf heel wat live compilaties gemaakt, eerst op cassette, daarna op CD, en dan met FLAC files. In het begin d.m.v. bootleg CDs en DVDylan.com (herinner je je Jan Tempelman nog?), daarna via het internet. Vaak was m’n focus op tours waar ik zelf lange stukken van heb meegemaakt, bv het hele West Coast gedeelte van voorjaar/zomer 1995, hele West Coast 2001, inclusief de eerste show in Tacoma (vlak na 9/11, met debuts van “Love and Theft”), en de vijf shows in het El Rea Theatre, LA, vlak na TOOM), om er maar een paar te noemen.

Maar, genoeg opgeschept. Om op m’n compilaties terug te komen, ik luister er nog graag naar, al had ik ze liever in soundboard kwaliteit in plaats van als “field recordings.” Er zitten natuurlijk wel wat mooie soundboards tussen. En ja, voor de Bootleg Series zouden complete concerten ook wel mooi zijn, maar naar mijn smaak zijn er niet veel die van begin tot einde op herhaling het beluisteren waard zijn. Het zijn niet de “fillers,” de “war horses,” denk Rolling Stone, Watchtower, Highway 61, maar de meer unieke nummers (Every Grain, McTell, etc.), en ook de betere covers waar het mij om gaat. En, als het om de Bootleg Series gaat, zie ik alles liefst in chronologische volgorde — alles door elkaar gemixt werkt niet. Ze kunnen alles best in elkaar laten vloeien. En ook naar mijn smaak zijn de ballads beter dan de rockers.

Ok Tom, dit is dan mijn “ten cents” wat de NET als onderdeel van de Bootleg Series betreft. Ik ben benieuwd wat je ervan vind.

Het allerbeste en “keep up the good work.”

Rein

Bob Dylans Real Live of hoe het lezen van een hypesticker de oren opnieuw openzet

De meest gestelde vraag van mensen die geconfronteerd worden met mijn verzamelwoede is de waaromvraag. Waarom meerdere malen hetzelfde album kopen? is een voorbeeld van zo'n veel gestelde vraag. Een goede vraag die niet altijd makkelijk te beantwoorden is. Het meest eerlijke antwoord is misschien dit: om mezelf te leren kennen. Ik vraag me vaak af waarom ik nou zo door die muziek van Dylan gegrepen word. Ik wil de schoonheid van de muziek begrijpen om mezelf te begrijpen. Om de muziek te begrijpen helpt het verzamelen. Neem bijvoorbeeld Real Live, Bob Dylans album met opnamen van zijn Europese tournee van 1984. Dat album staat al een aantal malen in de kast, zowel op elpee als op cd en toch kocht ik onlangs nogmaals Real Live. Reden: de hypesticker op de voorzijde van de hoes van de elpee. Zo'n sticker heeft natuurlijk als doel om potentiële kopers te verleiden om de portemonnee te trekken, maar zo'n sticker kan, zo'n veertig jaar na dato, ook een bron van informatie zijn. Het eerste dat opvalt is dat de sticker namen van drie muzikanten noemt: Mick Taylor, Ian McLagan en Carlos Santana. Wat vreemd is dat alleen gitarist Mick Taylor en toetsenist Ian McLagan uit Dylans tourband worden genoemd en bassist Gregg Sutton en drummer Colin Allen worden vergeten. Mogelijk heeft dit te maken met de naamsbekendheid van Mick Taylor als voormalig lid van The Rolling Stones en McLagan als toetsenist van The (Small) Faces. Gregg Sutton en Colin Allen waren anno 1984 minder bekende namen dan Mick Taylor en Ian McLagan. 

Toch vreemd dan McLagans naam, ondanks zijn naamsbekendheid, op zowel deze hypesticker als op de binnenhoes van Real Live fout wordt geschreven. Nog vreemder is misschien het noemen van Carlos Santana, de gitarist speelde in het voorprogramma van Dylan tijdens de tournee van 1984 en speelde iedere avond een of meerder nummers mee tijdens Dylans set. Toch is hij op slechts één song op Real Live te horen. Waarom dan Santana vermelden op de sticker? Misschien in de hoop Santana-liefhebbers te kunnen verleiden ook Real Live te kopen?

Zijsprong: is er eigenlijk van Santana een album met concertopnamen van de tour van 1984 verschenen? En zo ja, hoeveel Dylanliefhebbers hebben dat album aangeschaft?

Terug naar de hypesticker op de hoes van Real Live.

De meeste aandacht wordt opgeëist door de tekst net boven de namen van de muzikanten. Real Live bevat concertopnamen van 10 songs, toch heeft de hypesticker het niet over het feit dat het album 10 songs bevat of welke songs er op het album te vinden zijn, maar over het feit dan van maar liefst 8 (van de 10) songs op Real Live er nooit eerder een concertopname is uitgebracht. Deze sticker lijkt daarmee te bevestigen wat je hier en daar in de Dylanliteratuur leest: de tracklist van Real Live is samengesteld met als uitgangspunt dat het album (vooral) songs moest bevatten waarvan nooit eerder een concertopname officieel werd uitgebracht. Als dat inderdaad het uitgangspunt is, ga je toch wat anders kijken naar de tracklist. Tegelijkertijd ga ik me afvragen van welke twee songs eerder een concertopname is uitgebracht. Real Live is Dylans vierde album met concertopnamen. Het antwoord op de vraag om welke twee songs het gaat is dus makkelijk te vinden door de tracklist van Real Live naast de tracklists van de drie eerdere live-albums te leggen. Wie dat doet, ontdekt dat iemand heeft zitten snurken (of jokken of...)

'Highway 61 Revisited' verscheen eerder op Before The Flood. 'Maggie's Farm' is te vinden op zowel Hard Rain als Bob Dylan At Budokan. 'It Ain't Me, Babe' staat op de tracklist van Before The Flood en concertopnamen van 'Ballad Of A Thin Man' zijn te vinden op Before The Flood en Bob Dylan At Budokan.

Van niet 8, maar 6 Dylan-classics werd dus nooit eerder een concertopname uitgebracht. Nog steeds een mooie score, maar toch vreemd dat er toch echt sprake is van 8 songs op de sticker.

Tot slot de kleine lettertjes onderaan. Het is altijd belangrijk om de kleine lettertjes te lezen. Wat dat betreft zijn hypestickers net contracten. Daar staat: 'Also on cassette'. Het meest belangrijke bij deze kleine lettertjes, zoals wel vaker, is niet wat er staat, maar wat er niet staat. Real Live is in eerste instantie uitgebracht op elpee en cassette, niet op cd. Dat betekent dat bij het samenstellen van de tracklist een geluidsdrager met twee kanten het uitgangspunt is geweest. De tracklist is dus duidelijk op gesplitst in een A- en een B-kant. Er is tijdens het samenstellen van het album geen rekening gehouden met een cd-uitgave waarbij alle songs achter elkaar doorspelen. Het maakt tijdens het luisteren nogal uit of de ongehoord sterke en herschreven 'Tangled Up In Blue' direct na 'It Ain't Me, Babe' - zoals op de cd - of aan het begin van kant B, dus na het omdraaien van de plaat, aan het begin van het tweede deel te horen is. Pietluttig? Misschien, maar ik ben er van overtuigd dat 'Tangled Up In Blue' op de elpee beter tot z'n recht komt dan op de cd. De reden: de plaatsing van de song op de tracklist.

Om het af te ronden: in 'aantekening #8625' schreef ik onlangs de allereerste editie van het muziektijdschrift Q te hebben gekocht. Dat tijdschrift, verschenen in oktober 1986, bevat een gids met informatie over titels die dan op het nog nieuwe medium cd zijn verschenen. Een van de genoemde Dylan-titels in dat gidsje is Real Live

aantekening #8625

He's the only artist I've ever met who genuinely didn't seem to care what impression I took away. Mick Jagger wants to be feared, Bruce Springsteen wants to be loved and Sting badly wants to be admired.

Bob Dylan, ladies and gentlemen, doesn't give a shit.

- David Hepworth -

De eerste zondag van augustus, de dag van de boekenmarkt in Deventer, is weer achter de rug. Als ik de sound bites die ieder jaar de boekenliefhebbers naar Deventer moeten lokken mag geloven, gaat het om de grootste boekenmarkt van Europa, maar sinds corona is de Deventer boekenmarkt niet meer de Deventer boekenmarkt. Niet alleen is het aantal kramen drastisch afgenomen ten opzichte van pre-corona, ook is de kwaliteit van de aangeboden waar dalende. De markt was een teleurstelling.

Een bezoek aan een kringloopwinkel, eerder deze week, leverde meer op dan de grote boekenmarkt. Wonderlijk, van een niet bovengemiddeld grote kringloopwinkel in een middelgrote stad kom ik met meer boeken en tijdschriften thuis dan van een markt met honderden kramen vol boeken. Als dat niet de (boeken-)wereld op z'n kop is, weet ik het ook niet meer.

Goed, kringloopwinkelvondst nummer één is een flinke stapel muziektijdschriften met artikelen over Bob Dylan waaronder de allereerste editie van het Engelse muziektijdschrift Q uit oktober 1986. Voor dit blad sprak David Hepworth in juli 1986 met Dylan. Niet dat Dylan op zijn praatstoel zat, maar de paar fragmenten interview die in de vijf pagina's zijn terug te vinden zijn wel aardig. Hepworth wijst Dylan er op dat elders in New York een Dylan-imitatiewedstrijd gaande is, dat de auteur overweegt een kijkje te nemen. Hepworth:

Earlier that evening in his dressingroom I’d mentioned the contest to him, saying I intended to drop by. He shook his head.

“It’s crazy, isn’t it? How would you feel if they were doing that about you?”

This is not something I often consider, Bob, but, well, flattered at first and then maybe a bit

spooked. Don’t you like the flattery?

“No, because you do get spooked by it and so you can’t afford to get flattered by it. You can

get trapped if you fall victim to flattery.”

Het toeval wil dat ik net Nothing is Real: The Beatles Were Underrated And Other Sweeping Statements About Pop van diezelfde David Hepworth heb gelezen. Goed boek. Een aanrader. En nu dus dat artikel in de allereerste Q. Was Dylan voor het interview al bekend met de schrijver Hepworth? Stemde hij in met een interview om een nieuw tijdschrift een opkontje te geven? Geen idee. 

Juli 1986, het is de tijd van de True Confessions Tour, van Tom Petty & The Heartbreakers als begeleidingsband. de tijd waarin de Never Ending Tour nog in de toekomst ligt en toch, met de wijsheid achteraf, is iets van die Never Ending Tour ook al in 1986 te horen.

The Never Ending Tour, hoe vaak heb jij al een Dylanliefhebber horen verzuchten dat het tijd wordt voor een aflevering van The Bootleg Series waarbij deze van juni 1988 tot en met december 2019 durende tournee centraal zal staan? Ik kan het aantal keren niet meer op mijn vingers tellen. 

Er is een tijd geweest dat ik wel wat voelde voor zo'n Bootleg Series, maar ik moet zeggen dat ik meer en meer mijn twijfels heb. Luister bijvoorbeeld nog eens naar de concert-cd in Fragments. Voor mij werkt het niet. Wel als losse songs, niets als album. Dat komt doordat de songs overal en nergens vandaag gehaald zijn. Je kunt een opname uit voorjaar 1998 niet naast een opname van zomer 2017 zetten en denken dat de een vloeiend in de ander zal overlopen. 

Natuurlijk kan de Never Ending Tour wel aandacht krijgen als een deel van The Bootleg Series, maar dan moeten er complete concerten worden uitgebracht, geen compilatie met her en der weggeplukte concertopnamen, als je het mij vraagt. Maar welke concerten moeten er dan gekozen worden?

In een van de kringloop-tijdschriften staat: 'Bob Dylan played 59 different songs during his 85 live shows in 2013.' Beter kan het probleem van de keuzestress als het gaat om de Never Ending Tour als deel van The Bootleg Series niet geïllustreerd worden lijkt mij. Welk concert? Welke gespeelde songs verdienen een plek? Welk concert je ook kiest, altijd blijft de pijn van wat gekozen is.

Terwijl ik dit schrijf, draait een opname van een 2001-concert. Na een uitstekende 'Mr. Tambourine Man' volgde een matige 'It's Alright, Ma (I'm Only Bleeding)', simpelweg doordat Dylan de woorden van het eerste couplet kwijt was. Hij herstelde zich wel, maar toch...

Wanneer als deel van The Bootleg Series alleen volledige concerten worden uitgebracht, zal de schitterende 'Mr. Tambourine Man' die ik net gehoord heb nooit officieel worden uitgebracht doordat 'It's Alright, Ma' onder de maat is.

Soms denk ik wel eens dat de Never Ending Tour niet in The Bootleg Series thuishoort. Misschien moeten die concertopnamen simpelweg 'circuleren onder liefhebbers', zoals dat dan zo mooi heet, waarbij een opname na één keer beluisteren weer weggedaan wordt. Op die manier is het luisteren haast als het bezoeken van een concert: voorbij voordat je het doorhebt, herhaling uitgesloten.

Even terug naar de kringloopwinkel want naast de tijdschriften kocht ik ook het boek Milton Glaser Graphic Design. Glasers Dylan-poster staat niet alleen op het omslag, maar ook in het boek. Die poster is natuurlijk bij iedere Dylanliefhebber bekend. Het is dan ook niet zozeer deze afbeelding die het boek interessant maakt, maar wat Milton Glaser over die Dylanposter zegt: This particular piece is probably the most familiar of my works, if only for the fact that nearly six million were produced for enclosure in a Dylan album. 

Zes miljoen! En dat is waar de teller op stond in 1973, het moment waarop dit boek verscheen. Hoeveel posters zijn er nu, 50 jaar later, in omloop?

Dat Dylanalbum waar de Glaser-poster bijzat is natuurlijk de Amerikaanse editie van Bob Dylan's Greatest Hits

Dat brengt mij terug bij David Hepworth. In Nothing Is Real betoogt hij dat de gemiddelde popmuzikant / band over enkele decennia nog herinnerd zal worden voor hooguit twaalf songs. In veel gevallen zelfs minder. Die twaalf songs, aldus Hepworth, zijn in de meeste gevallen identiek aan de tracklist van een Greatest Hits-album van bewuste artiest. Waarschijnlijk heeft hij wel een punt. Vraag mij zo veel mogelijk songs van bijvoorbeeld Elton John of ABBA te noemen en ik zal niet verder komen dan wat ik in de loop der jaren op de radio voorbij heb horen komen. Dat is grofweg de tracklist van een Greatest Hits

Grote uitzondering voor de 12 songs-regel, aldus Hepworth, is Bob Dylan. Hij gaat niet uitvoerig in op waarom Dylan de uitzondering is, 'dat spreekt toch voor zich', lijkt hij te suggereren en eigenlijk kan ik mij daar wel in vinden. Bob Dylan is, zoals wel vaker, de uitzondering die de regel bevestigt. Over enkele decennia zullen mensen nog steeds zowel de componist als de muzikant Bob Dylan kennen, daar ben ik van overtuigd. Kwaliteit wordt niet vergeten.

Terug naar die concertopname die door mijn koptelefoon mijn oren ingepompt wordt. Dylan & band zijn inmiddels bijna toe aan de encores. In het tweede deel van het concert, het elektrische deel na de akoestische opening, wordt een aangename 'Positively 4th Street' gevolgd door een verrassend fris en nieuw klinkende 'Floater (To Much To Ask)' en daarmee begin ik weer te twijfelen of - ondanks die misser aan het begin van 'Its Alright, Ma (I'm Only Bleeding)' - dit toch niet een officiële release verdient. Het blijft lastig, 'High Water' is erg goed, 'Tangled Up In Blue' niet. 'Mississippi' oké, 'Rainy Day Women #12 & 35' niet de moeite van het beluisteren waard. 

Misschien moet het maar blijven zoals het is. Op zo maar een zaterdagmiddag luister ik naar een concert van ruim twintig jaar geleden. Tijdens het luisteren is het mogelijk het beste wat ik ooit gehoord heb, maar na het wegsterven van de laatste noten is het ook klaar, kan de opname opgeborgen worden om voorlopig te vergeten en pas als het helemaal vergeten is, kan ik weer opnieuw luisteren, met nieuwe oren.


Dylan kort #3772

Robbie Robertson (1943 - 2023): Bob Dylans reactie op de dood van Robbie Robertson is kort, maar krachtig, zie hier. Uiteraard is er in de media veel aandacht voor de dood van de Band-gitarist: Dagblad van het Noorden, NOS, VRT, NRC, NPO Radio 2, OOR, NU.nl, Het Nieuwsblad, Maxazine, nogmaals NRC, de Volkskrant, Trouw (betaalmuur), Het Parool, De Standaard (betaalmuur), Radio Veronica, HUMO, RTL Boulevard, Blues Magazine, Lust For Life


Uncut 317 (oktober 2023) heeft een recensie van het album In The Throes van Buddy & Julie Miller. Op dit album staat het met Dylan geschreven 'Don't Make Her Cry'. Bij het tijdschrift - en dit is interessant - zit een cd met daarop 'Don't Make Her Cry'. Verder bevat deze Uncut een uitvoerig artikel over Tom Waits. Bij dit artikel een kort stukje over Bob Dylan die in 1986 Waits' Franks Wild Years bezocht.

In 'The joy of being a Dylan author' legt Jochen Markhorst uit waarom het zo aangenaam is om over Dylan te schrijven. Artikel is in het Engels, meestal zijn dat artikelen die ik oversla voor 'Dylan kort', maar aangezien Jochen Markhorst bijzonder lovend is over deze blog en mij in het bijzonder, kan ik het toch niet laten hier een link te plaatsen. [Dank Jochen!], zie hier.

Maarten Moll: 'Neem Bob Dylan. Wat mij betreft schreef hij zijn beste liedjes een behoorlijk lange tijd geleden.' Zie hier.

Heeft Moll gelijk? Essays (maximaal 1000 woorden) waarin je aantoont of hij wel of niet gelijk heeft, zijn welkom en worden mogelijk op deze weblog geplaatst. Inzenden kan naar twillems87[at]gmail.com. Graag aanleveren als Word-document.

Dizq heeft een aantal moeilijk te vinden CBS-reclamefolders met Bob Dylan te koop staan, zie hier.

Harry Slinger over onder andere Bob Dylan, zie hier.


Later vandaag meer...

Robbie Robertson (1943 - 2023)

Robbie Robertson - gitarist en songschrijver van The Band - is overleden. Robertson is binnen de Dylanwereld natuurlijk voor bekend vanwege zijn rol in de periode waarin Bob Dylan met (een deel van) de latere The Band als begeleidingsband langs de concertpodia trok, eerst in het najaar van 1965 door Amerika en daarna in de eerste maanden van 1966 tijdens een wereldtournee waarbij de heren concerten gaven in onder andere Australië, Scandinavië en Engeland. Tijdens de eerste twee maanden van 1974 volgde een laatste gezamenlijke tournee door Amerika. Opnamen van deze tour zijn te horen op het gezamenlijke livealbum Before The Flood

De samenwerking tussen Bob Dylan en Robbie Robertson / The Band beperkte zich zeker niet tot de concertpodia. Zo is Robertsons gitaarspel te horen op enkele songs op Blonde On Blonde en legden Bob Dylan en The Band eind 1973 in een opnamestudio de songs voor het soms bijna vergeten meesterwerk Planet Waves vast. Minstens zo belangrijk is het werk dat Robbie Robertson verrichtte als klankbord voor de songschrijver Bob Dylan tijdens de tournee van 1966. In hotelkamers tussen concerten werkte Dylan aan songs voor de opvolger van Blonde On Blonde, vaak in aanwezigheid van Robbie Robertson die de songschrijver op tweede gitaar bijstond tijdens zo'n schrijfsessies onderweg. Mooie beelden hiervan zijn te zien in de film Eat The Document

Na tournee 1966 en Dylans motorongeluk werden de plannen voor een nieuwe tournee op ijs gezet. Dylan trok zich terug om te herstellen, de leden van The Band - aanvankelijk zonder drummer Levon Helm - betrokken huizen in de buurt. Al snel kropen Dylan en de leden van The Band bij elkaar om te musiceren, voor de lol. Oude favorieten en vers geschreven songs werden door Band-multi-instrumentalist Garth Hudson vastgelegd op tape, de zogenaamde Basement Tapes. Na het uitlekken van de opnamen op bootlegs voelde platenmaatschappij Columbia zich gedwongen in 1975 de dubbelelpee The Basement Tapes uit te brengen, een samenraapsel van Basement-songs en Dylanloze Band-opnamen. Bijna veertig jaar later verschenen als elfde deel van The Bootleg Series alle dan beschikbare Basement-opnamen op een 6 cd's tellende boxset.

The Basement Tapes-sessies gaven de leden van The Band zelfvertrouwen en materiaal om op eigen benen, zonder Dylan, verder te gaan. Debuutalbum Music From Big Pink (1968) zorgde voor een ware aardverschuiving binnen de dan door psychedelica en supergroepen gedomineerde muziekwereld. Vijf (ogenschijnlijk) ego-loze muzikanten wiens album draaide op vakmanschap en traditie in plaats van reputatie en bralgedrag. Hoewel Dylans invloed op dit eerste album nog duidelijk hoor- en zichtbaar is - hij schilderde de afbeelding voor de cover van het album en drie van de tien songs op het album zijn (mede) van zijn hand - is Music From Big Pink onmiskenbaar een Band-album. Songs als 'Lonesome Suzie' en vooral het door Robbie Robertson geschreven 'The Weight' maken Music From Big Pink tot een klassieker, een album dat bij iedere muziekliefhebber in de kast hoort te staan, een album voor de eeuwigheid. 

Hoewel ze met het tweede album - The Band geheten - in de buurt kwamen, heeft The Band nooit meer de magie van dat eerste album weten te evenaren. Halverwege de jaren zeventig vond Robbie Robertson het mooi geweest en zette hij, tot verdriet van de overige leden, een punt achter The Band met een groots afscheidsconcert: The Last Waltz. Nog een keer zou The Band stralen, bijgestaan door een keur aan artiesten, waaronder Muddy Waters, Van Morrison en Bob Dylan.

Enkele jaren na The Last Waltz kwamen de oud-leden weer bij elkaar om verder te gaan als The Band, zonder Robbie Robertson. Robertson werkte ondertussen aan een solocarrière, schreef muziek voor films en maakte enkele soloalbums waaronder het goed ontvangen Robbie Robertson (1987) met de hitsingle 'Somewhere Down The Crazy River', maar nooit meer zou het worden als in de hoogtijdagen van The Band.

Robbie Robertson overleed thuis op woensdag 9 augustus op tachtigjarige leeftijd, omringd door zijn familie.


Jochen Markhorst - I Contain Multitudes; Bob Dylans verslag van de lange vreemde reis

Als een tornado raast de rusteloze duider Jochen Markhorst door het oeuvre van Bob Dylan om in hoog tempo lezenswaardige boeken uit te spugen, geen biografieën of andere neuzelverhalen, maar gedegen en vooral eigenzinnige verbale graafwerkzaamheden die de lezer langs de (mogelijke) bronnen van de songschrijver leiden. In zijn laatste pennenvrucht - I Contain Multitudes; Bob Dylans verslag van de lange vreemde reis - is het de openingstrack van Dylans meest recente studioalbum - het is 2020 verschenen Rough And Rowdy Ways - dat de inmiddels bekende Markhorst-behandeling krijgt. 

Ja, Walt Whitmans 'Song Of Myself' komt voorbij, uiteraard, maar ook veel verrassender mogelijke inspiratiebronnen voor het schrijven van de song legt Markhorst bloot, zoals Freud, Goethe, Les Enfants du Paradis en Marcus Aurelius en zoals we inmiddels van Markhorst gewend zijn, blijft er voldoende ruimte in de tekst over voor de lezer om te ademen. Markhorst is er niet de man naar om - zoals sommige andere Dylanduiders - op zijn eigen gelijk te hameren en daarbij iedere afwijkende duiding van de besproken song bij voorbaat als fout te bestempelen. Markhorsts schrijven is open, luchtig en met voldoende ruimte voor de lezer om niet te vervreemden van zijn eigen gedachten.

Ik heb nog nooit een boek van Jochen Markhorst gelezen - en dat zijn er inmiddels al een aantal (16, als ik me niet vergis) - waarmee hij mij niet aan het denken heeft gezet. Zijn boek over 'I Contain Multitudes' is geen uitzondering. Iedere keer weer weet hij mij terug te sturen naar de muziek, daar waar het uiteindelijk allemaal om draait. Markhorst lezen is een genot. 

Lees dus I Contain Multitudes; Bob Dylans verslag van de lange vreemde lees. Dat kan in het Nederlands, Engels of Duits, zowel in paperback als op een e-reader. Het boek is in allerlei mogelijke edities aan te schaffen via Amazon.

Dylan kort #3771

Aanvulling 'Dylan kort #3770': Het stuk van John Schoorl en Paul Onkenhout over 'Joey' stond in de papieren editie van de Volkskrant van 2 augustus. [met dank aan Simon en Hans]

Heaven #5 (sept / okt 2023) bevat een interview met Ernst Jansz over zijn voorstelling Dylan Over Dylan.

Ruim tweeëntwintig (en niet 12, zoals ik eerder schreef...) jaar geleden kreeg Bob Dylan een Oscar voor zijn song 'Things Have Changed', een song die hij opnam voor de soundtrack van Wonder Boys. Vanochtend kwam de op 25 maart 2001 voor de Oscar-uitzending opgenomen versie van 'Things Have Changed' op mijn scherm voorbij en natuurlijk klinkt het nu anders dan 22 jaar geleden. Niet alleen zijn mijn oren een stuk ouder geworden, ook heb ik inmiddels 22 jaar meer Dylan gehoord. Opnieuw geconfronteerd worden met deze 'Things Have Changed', leert maar weer eens wat een briljant muzikant Dylan is. Natuurlijk is in deze versie de overbekende studiotake van 'Things Have Changed' nog terug te horen, maar tegelijkertijd krijgt het Oscar-publiek een nieuwe versie van deze song voorgeschoteld. Dat 'nieuwe' zit voor een groot deel in de stembuigingen van de meester, in de manier waarop Dylan opnieuw de song naar zich toetrekt en weigert als levende jukebox zijn kunstje te doen. Kijk en luister hier.

En dan gelijk maar even de bijbehorende speech, die moet je eigenlijk twee keer kijken. De eerste keer focussen op Dylan, de tweede keer op de grijns van Tony Garnier, zie hier.

Net gelezen: This Bird Has Flown (2015) van John Kruth is een boek over het album Rubber Soul van The Beatles. Een aardig boek - al hoewel Kruth nogal eens uitwaaiert in zijn verhaal en het geschrevene niet altijd direct te linken is aan Rubber Soul. Naast de overduidelijke, voor de hand liggende rode draad in dit boek - het album Rubber Soul - zou je (haast) kunnen spreken van nog twee rode draden: The Rolling Stones als Beatles-na-apers en Bob Dylan. De naam van Dylan komt in This Bird Has Flown vaker voorbij dan die van Beatles-manager Brian Epstein of producer George Martin. Dat zegt wel iets, lijkt mij.

Het is natuurlijk geen geheim dat The Beatles onder de indruk waren van Dylans muziek en dat de invloed van Dylan op The Beatles goed te horen is op Rubber Soul. Het is jammer dat Kruth dit veelvuldig aanstipt, maar nergens echt de diepte ingaat om met verrassende inzichten te komen. Dat maakt This Bird Has Flown voor de Dylan-liefhebber een aardig, maar zeker geen essentieel boek.

Dylan vinden waar hij niet of nauwelijks is #223

Als puber had ik niet veel geld, het geld wat ik had gebruikte ik voornamelijk om platen te kopen. Mijn collectie was beperkt. Het voordeel van een beperkte keuzemogelijkheid is dat je albums zo vaak draait dat je ze van haver tot gort leert kennen. In 1989 leerde ik de muziek van Lou Reed kennen door zijn album New York en de bijbehorende hitsingle. New York maakte diepe indruk. Dat zorgde er voor dat ik een oogje openhield voor meer van Lou Reed. Al snel kwam - met dank aan een rommelmarkt - Reeds album Coney Island Baby op mijn pad. Ik heb die plaat, en vooral het titelnummer, zo veelvuldig gedraaid dat het ding doorzichtig werd. Met het ondraaibaar worden van de plaat verdween Coney Island Baby uit mijn leven, maar met het ouder worden begint het dan toch weer te knagen. Coney Island Baby moest opnieuw in huize Willems komen. Vandaag kocht ik het album, niet op elpee, maar op cd dit keer, een heruitgave uit 2006 met een handvol bonustracks. De linernotes in het cd-boekje zijn de reden voor deze aflevering van 'Dylan vinden waar hij niet of nauwelijks is'. Ik ben nu mijn hersens aan het pijnigen om mij te herinneren of deze liner-notes ook op de hoes van het oorspronkelijke album stonden. Ik denk het niet, maar zeker weten doe ik dat niet.

De liner-notes:

I was born in Brooklyn and I am a Coney Island Baby.

It was 1975 and I was being sued by a manager and his producer brother. I had released an album called Metal Machine Music which had had an unusually high number of returns and was taken off the market in 3 weeks. I had no money and no guitars. The roadies had taken them when they hadn't been paid. I was in debt to everyone, including the musicians union. RCA put me up in a hotel while the future fell, to be decided.

My friend Ken Glancy was the President of the company and he was a straight shooter and a noble man of honor. He asked me if I would promise not to do Son of Metal Machine Music. I said for sure. I was in nothing but trouble. The nightmare of betrayal haunted me.

Ken put me up in the Gramercy Park Hotel. The Rolling Thunder Revue was staying there ready to hit the road. But my Thunder had been muted. I wasn't going anywhere but to the union, the lawyers and accountants to try to get me out of the classic mess I had let happen to me. I was amongst other things in contempt of court and had not had my taxes paid for the last 5 years. 

Then Ken Glancy called and told me ok, pick a studio and go in and make a rock record. 

And so I did.

Zouden Bob Dylan en Lou Reed elkaar tegen het lijf gelopen zijn, in de herfst van 1975 op de gang van het Gramercy Park Hotel? Je vraagt het je toch af.

Om het af te maken: in het cd-boekje van Coney Island Baby staat verder nog de Rolling Stone-recensie van de hand van Paul Nelson afgedrukt en ook in deze recensie is Bob Dylan te vinden:

[...] First Bob Dylan and then Neil Young bounce from the Big Sleep of years of self-imposed benchwarming to launch the Big Comback [...]

En iets verder:

[...] the Los Angeles Eagles or Britain's bland Elton Long Johns every week - can only watch openmouthed as point (Blood on the Tracks, Desire) after personalized point (Tonight's the Night, Zuma) goes up on the socreboard [...]

Ik meen mij te herinneren dat het Bert van de Kamp was die in OOR schreef dat1989 het jaar was van de wederopstanding van de rock-dinosaurussen. Zijn bewijs: dat jaar verschenen Neil Youngs Freedom, Lou Reeds New York en Bob Dylans Oh Mercy uit. Terwijl ik citeerde uit de Rolling Stone-recensie van Coney Island Baby moest ik hier aan denken. Net als Paul Nelson in 1976 in Rolling Stone deed, legt Bert van de Kamp in 1989 een connectie tussen Bob Dylan, Neil Young en Lou Reed en die connectie is een bijna in tijd samenvallende wederopstanding van deze drie heren. Iets in mij zegt dat dat geen toeval is. Daarmee bedoel ik niet dat Van de Kamp Paul Nelson napraat, maar dat Nelson en Van de Kamp respectievelijk in 1976 en 1989 een verband zagen tussen (de wederopstanding van) Dylan, Young en Reed die voor het oog van ons gewone stervelingen nog verborgen bleef. 

Dylan vinden waar hij niet of nauwelijks is #222

 


In het boek A Life In Ink van Ralph Steadman staat een wat korrelige foto van Steadman in zijn atelier. Links achter de kunstenaar staat een ingelijste concertposter van Bob Dylan, tournee 1978. Helaas is op de foto niet te zien welk concert de poster aanprijst, maar gezien Steadmans woonplaats, gaat het waarschijnlijk om een concert in Engeland. 
Het lijkt er op dat Steadman een of meerdere van Dylans Engelse 1978-concerten bezocht. Helaas staan er in A Life In Ink geen door Steadman gemaakte portretten van Bob Dylan. Een korte zoekactie online leert dat Steadman Dylan meerdere keren heef geportretteerd, zie hier, hier, hier en hier. Het laatste werk is gebruikt voor een Dylanconventie in 1979, zie hier.

Dylan kort #3770

Barbie the Movie: De krantenkoppen van vandaag gezien? 'Bob Dylanfans verdringen Barbiemeisjes bij de ingang van bioscopen' en: 'Barbiesoundtrack vliegt de winkel uit; Dylanliefhebbers kopen het album massaal'.

Wat is er aan de hand? Voor de soundtrack van de film Barbie hebben Nicki Minaj en Ice Spice het nummer 'Barbie World' opgenomen. In deze song zit onderstaand tekstfragment:

In that pink Ferrari, we peelin' out
I told Tae bring the Bob Dylan out
That pussy so cold, we just chillin' out

De songtekst staat hier. De song kan hier beluisterd worden.


John Schoorl & Paul Onkenhout
over 'Joey' op de website van de Volkskrant achter een betaalmuur, zie hier. [met dank aan Arie en Marnix] Vraag: heeft dit ook in de papieren editie van de krant gestaan?

Once Were Brothers, de film over The Band, komt voorbij in een kort stukje op de website van Top 40, zie hier.

Tattookoning Henk Schiffmacher: 'Ik heb zelf een tekst van Bob Dylan op Douwe Bob gezet. Zat er een spelfoutje in. De ontbrekende letter hebben we er met een v’tje boven gezet. Hij had zelf de verkeerde tekst meegenomen en moest erom lachen. Dat was mazzel.' Bron, zie hier. Tijdens een Dylanconcert in 2017 (?) zat Schiffmacher enkele stoelen voor mij, dat hij weet wie Bob Dylan is verrast me dus niet. Dat Douwe Bob 'iets' met Dylans muziek heeft, verrast me wel.

Om nog even bij tattoos te blijven: ik ontdek net dat ook Post Malone een Dylan-tatoeage heeft, zie hier. Probleem is dat ik niet weet wie Post Malone is...

Hotel de Wereld in Wageningen heeft een Bob Dylan-kamer met onder andere 'een zwevende gitaar', zie hier

'Hoteltje boeken, schat?' 

'Goed idee, de kust?' 

'Ik dacht: laten we eens naar Wageningen gaan, voor de verandering....'

aanvulling:

Buddy en Jullie Miller schreven samen met Bob Dylan 'Don't Make Her Cry', zie hier. [met dank aan Henk] Op deze site kan de song ook beluisterd worden.